
Op woensdag 29 oktober 2025 gaan we naar de stembus voor de Tweede Kamerverkiezingen. Zoals altijd gaan de partijen in aanloop naar die datum stevig campagne voeren. Debatten, radioberichten, televisiespotjes en natuurlijk de social media. Maar dat laatste gaat ditmaal anders zijn. Vanaf 1 oktober 2025 staan diverse socialmediaplatforms politieke advertenties namelijk niet meer toe. Wat betekent dat voor de campagnes en communicatie van de politieke partijen?
Wat is er aan de hand?
Vanaf 10 oktober geldt er nieuwe EU-wetgeving voor politieke advertenties op social media. De Europese Unie stelt dat het transparanter moet zijn wie een advertentie heeft betaald en ook de regels voor het specifiek benaderen van een individu of doelgroep worden strikter. Als reactie daarop hebben onder andere Meta (Facebook, Instagram) en Google aangekondigd om helemaal geen politieke advertenties meer toe te staan vanaf 1 oktober. Omdat zij, naar eigen zeggen, anders geen volledig product meer kunnen aanbieden.
Wat mag wel en wat mag niet?
Bovenstaande betekent dat politieke partijen op hun eigen kanalen nog prima hun boodschappen mogen verspreiden. Maar wat niet meer mag, is op betaalde wijze een bericht promoten om op die manier een groter bereik te krijgen. Gesponsorde politieke berichten zouden daarmee verleden tijd zijn. En dat kan grote impact hebben op de campagne, zeker voor kleine partijen die het budget niet hebben voor tv- of radioreclame.
Wat betekent dit voor de campagne?
Geen gesponsorde berichten kunnen verspreiden, betekent voor de politieke partijen dat ze nog beter hun best moeten doen om met een sterk verhaal op hun eigen kanalen te komen. Tegelijkertijd is het ambassadeursschap van leden nog belangrijker. Immers, als veel mensen een bericht liken of delen, zal het algoritme ervoor zorgen dat een bericht bij een steeds groter bereik terecht komt. Aan de partijen dus de taak om hun leden dichterbij dan ooit te halen, om via hen en free publicity toch ook mensen te bereiken die normaal gesproken niet op een bepaalde partij zouden stemmen.
En bij weinig of geen leden dan?
Maar er zijn natuurlijk ook partijen zonder leden, bijvoorbeeld de PVV, of politieke partijen die wat kleiner zijn. Hoe kunnen die dan alsnog een groot bereik creƫren als je op de socials niet mag adverteren, terwijl daar wel een grote doelgroep zit? De kans is groot dat die partijen gebruik gaan maken van soundbites, oneliners of extreme berichten. Immers, als er veel over een bericht gepraat wordt, bereik je natuurlijk ook al gauw meer mensen. Of het nu inhoudsvolle berichten zijn of niet, iets wat opvalt scoort doorgaans goed op social media.
Inhoud voorop in de campagne?
Het wordt interessant om te zien hoe deze campagne verloopt. Als je via de socials moelijker berichten kunt targeten, zou het zo kunnen zijn dat de inhoud belangrijker wordt dan ooit. Want daarmee kun je dan alsnog je verhaal over het voetlicht brengen. En als de inhoud goed is, zullen mensen daar ook op reageren. Maar het kan ook de andere kant op gaan. Dat partijen de noodzaak voelen om zich harder op te stellen tegenover elkaar. Zodat mensen fragmentjes oppikken en dat uit zichzelf delen op social media. Als dat gebeurt, krijg je natuurlijk wel een scheef beeld van wat partijen echt willen.
Politieke partijen met geld
En natuurlijk zijn er ook nog een aantal partijen die genoeg geld hebben. Onder andere GroenLinks-PvdA en VVD zijn partijen met flink wat geld in kas. Dat geld kan nu grotendeels ingezet worden voor de televisie- en radiocampagne, waardoor het zomaar kan zijn dat je sommige partijen veel meer gaat horen dan andere. En dat zal zeker wat doen met de zichtbaarheid. Aan de partijen die minder budget hebben het devies om tot en met 1 oktober ook goed geluid te maken op de socials.
Meer weten over dit onderwerp of andere artikelen op deze site? Stuur me een mail.